Al tijdens zijn studietijd kreeg Nico Dezaire veel plezier in het lesgeven en legde hij zijn eerste contacten met de educatieve afdeling van de Haske. Op aanraden van zijn docent Cees Schoonenbeek stuurde hij 100 gearrangeerde vioolduetten in, die hij gemaakt had voor zijn examen viool-methodiek. Vijftig ervan werden uitgegeven in “My First violin-duets”. Al tijdens zijn studietijd ontwikkelde hij een eigen lesmethode.

Kenmerkend daarvoor zijn het in balans houden van het ambachtelijke, dat bij het aanleren van een instrument als viool onmisbaar is, met de musiceervreugde. Daarnaast zoekt Nico Dezaire naar balans tussen het auditieve spelen en het spelen vanaf bladmuziek. Vrijwel iedere les begint hij met een korte technische oefening ofwel uitleg van nieuwe stof. Nadat de leerling zich de beginselen van het strijken heeft eigen gemaakt en de verschillende grepen beheerst leert Nico Dezaire het verband tussen de verschillende toonsoorten en die grepen.

Meestal studeert een leerling een bepaalde toonladder en speelt verschillende stukken in deze toonsoort. Die stukken kiest Nico als docent in zoveel mogelijk verschillende muzikale stijlen: van klassiek tot volksmuziek, van jazz tot pop tot filmmuziek. Daarnaast is er aandacht voor het auditieve spelen, dus zonder bladmuziek, via voor- en naspelen en improvisatie. Dit laatste kan op basis van akkoordenschema’s maar ook op basis van andere uitgangspunten. Hierbij laat Nico zich beïnvloeden door Jan Kortie , bij wie Nico enkele cursussen volgde.

Aangezien Nico op het conservatorium piano als bijvak heeft gestudeerd tot het niveau van schoolmusicus, begeleidt Nico zelf zijn leerlingen op piano. Wanneer een leerling op voorspeelavonden, concoursen of toelatings-examen op het conservatorium wil spelen kan dat dus altijd door Nico zelf op de piano worden begeleid.
Daarnaast kan Nico zijn leerlingen begeleiden op (elektrisch) gitaar, waardoor in bepaalde stijlen, zoals volksmuziek of popmuziek de viool beter tot zijn recht komt.
Nico geeft de leerling ook volop ruimte voor eigen inbreng. Een leerling die bij hem een speciale muziekstijl of een speciaal muziekstuk wil leren kan daar altijd mee bij hem aankloppen. Ten slotte heeft het samenspel de speciale aandacht bij Nico: hij adviseert al zijn leerlingen zo snel en zo veel mogelijk samen te spelen met anderen. Daartoe biedt hij via zijn ensembles Strings Together en Concertino volop mogelijkheden. Daarnaast kloppen ook gevorderde amateurs of (semi-) professionals bij Nico aan. Violisten die reeds vele jaren in regionale amateurorkesten en semi-professionele orkesten (zoals Tilburgs Festival Orkest, Philips Orkest, Eindhovens Symfonieorkest) of popbands (zoals de Band zonder Banaan, ofwel BZB) spelen, schaven met hulp van Nico aan hun vioolspel. Verschillende van Nico's oud-leerlingen hebben een conservatorium studie viool afgerond of volgen op dit moment nog een muziekvak-studie.